Dysfasie: wanneer raadplegen?

De behandelaar schrijft, als dat nog niet is gedaan, een KNO-onderzoek (kno) met gehooronderzoek voor.

Als er geen sensorische stoornis is, ga dan naar de neuropsycholoog en logopedist voor een volledige beoordeling.

Meestal is het de logopedie wat wijst op het spoor van dysfasie.

Maar verwacht geen duidelijke, definitieve diagnose tot je vijf jaar oud bent. De logopedist vermoedt in eerste instantie een mogelijke dysfasie en zorgt voor passende zorg. Een situatie waar Hélène momenteel mee te maken heeft: ” Thomas, 5, wordt sinds 2 jaar gevolgd door een logopedist met een snelheid van twee sessies per week. Ze dacht aan dysfasie en liet hem onderzoeken. Volgens de neuro-kinderarts is het nog te vroeg om te zeggen. Hij zal hem eind 2007 weer zien. Voorlopig hebben we het over taalachterstand.".

Neuropsychologisch onderzoek stelt u in staat om te controleren of er geen gerelateerde stoornissen zijn (mentaal tekort, aandachtstekort, hyperactiviteit) en om het type dysfasie te definiëren waaraan uw kind lijdt. Dankzij dit onderzoek zal de arts de gebreken en de sterke punten van zijn kleine patiënt identificeren en een revalidatie voorstellen.

Taaltesten

Het onderzoek dat door de logopedist wordt uitgevoerd, is gebaseerd op de drie assen die essentieel zijn voor de constructie en organisatie van de taalfunctie: non-verbale interactie- en communicatiecapaciteiten, cognitieve capaciteiten, behoorlijk linguïstische capaciteiten.

Concreet gaat het om herhalingen van klanken, ritmes van woorden en uitingen, namen uit beelden en mondeling gegeven uitvoeringen.

Laat een reactie achter