Bokser

Bokser

Uiterlijke kenmerken

De Boxer is een middelgrote hond met een gespierd lichaam en atletisch uiterlijk, niet zwaar of licht. Zijn snuit en neus zijn breed en zijn neusgaten wijd open.

Poil : kort en hard haar, fawn van kleur, effen of met strepen (gestroomd).

Maat (schofthoogte): 57 tot 63 cm voor mannen en 53 tot 59 cm voor vrouwen.

Gewicht : ongeveer 30 kg voor mannen en 25 kg voor vrouwen.

Classificatie FCI : Nr 144.

 

Oorsprong

De Boxer vindt zijn oorsprong in Duitsland. Zijn voorvader is de jachthond Bullenbeisser (“bijtende stier”), een jachthond die inmiddels verdwenen is. Het ras zou zijn ontstaan ​​uit de kruising tussen een Bullenbeisser en een Engelse Bulldog aan het einde van de 1902e eeuw. De eerste rasstandaard werd in 1946 gepubliceerd en verspreidde zich in de eerste helft van de XNUMXe eeuw vanuit de Elzas naar Frankrijk. De Boxer Club de France werd opgericht in XNUMX, een halve eeuw na zijn Duitse tegenhanger.

Karakter en gedrag

De Boxer is een zelfverzekerde, atletische en energieke verdedigingshond. Hij is extravert, loyaal en voelt in ruil daarvoor een grote behoefte aan genegenheid. Hij wordt ook beschreven als intelligent, maar niet altijd gehoorzaam... tenzij hij overtuigd is van de verdiensten van het bevel dat hem is gegeven. Deze hond heeft een heel speciale band met kinderen. Hij is inderdaad geduldig, liefdevol en beschermend met hen. Om deze reden wordt het zeer gewaardeerd door gezinnen die op zoek zijn naar zowel een waakhond als een metgezel die geen risico vormt voor de kleintjes.

Frequente pathologieën en ziekten van de Boxer

De British Kennel Club (beschouwd als de eerste kynologische vereniging ter wereld) meldt een levensverwachting van Boxer van meer dan 10 jaar. Een onderzoek dat hij uitvoerde bij meer dan 700 honden vond echter een lagere levensverwachting van 9 jaar (1). Het ras staat voor een grote uitdaging, de ontwikkeling en overdracht van hartaandoeningen die de gezondheid en levensduur van Boxers beïnvloeden. Hypothyreoïdie en spondylose zijn ook aandoeningen waar deze hond aanleg voor heeft.

Hartziekte : Van de 1283 Boxers die werden onderzocht in een grote screening op aangeboren hartafwijkingen, bleken 165 honden (13%) het vaakst getroffen te zijn door hartaandoeningen, aorta- of pulmonale stenose. Dit onderzoek toonde ook een aanleg van mannen aan voor stenose, aorta en long. (2)

hypothyreoïdie: De Boxer is een van de rassen die het meest wordt getroffen door auto-immuunziekten die de schildklier aantasten. Volgens de Universiteit van Michigan (MSU) staan ​​Boxers op de vijfde plaats van de rassen voor die aandoeningen die vaak leiden tot hypothyreoïdie. De verzamelde gegevens lijken erop te wijzen dat dit een erfelijke genetische pathologie is bij de Boxer (maar het is niet het enige aangetaste ras). Een levenslange behandeling met synthetisch schildklierhormoon stelt de hond in staat een normaal leven te leiden. (3)

De spondylose: net als de Dobermann en de Duitse herder maakt de Boxer zich vooral zorgen over deze vorm van artrose die zich in de wervelkolom ontwikkelt, voornamelijk in de lumbale en thoracale wervels. Kleine benige gezwellen tussen de wervels (osteofyten) veroorzaken stijfheid en belemmeren de mobiliteit van de hond.

 

Leefomstandigheden en advies

Boxers zijn zeer actieve honden en hebben dagelijks beweging nodig. Wonen in de stad met een Boxer betekent dus elke dag, minimaal twee uur, uittrekken in een park dat groot genoeg is om te rennen. Ze sporten graag en komen bedolven onder de modder terug van hun wandelingen in de natuur. Gelukkig is hun korte jurkje makkelijk te wassen. Deze energieke en krachtige hond kan ongehoorzaam zijn als hij niet van jongs af aan wordt opgevoed.

Laat een reactie achter