Psychologie

We staan ​​er niet bij stil dat kinderen hun eigen realiteit hebben, ze voelen anders, ze zien de wereld op hun eigen manier. En daar moet rekening mee worden gehouden als we een goed contact met het kind willen leggen, legt klinisch psycholoog Erica Reischer uit.

Het lijkt ons vaak dat onze woorden voor een kind een lege zin zijn, en geen enkele overtuiging werkt op hem. Maar probeer de situatie eens door de ogen van kinderen te bekijken…

Een paar jaar geleden was ik getuige van zo'n tafereel. De vader kwam voor zijn dochter naar het kinderkamp. Het meisje speelde enthousiast met andere kinderen en als reactie op de woorden van haar vader: 'Het is tijd om te gaan', zei ze: 'Ik wil niet! Ik heb het hier zo naar mijn zin!» De vader wierp tegen: „Je bent hier de hele dag geweest. Genoeg». Het meisje was overstuur en begon te herhalen dat ze niet weg wilde. Ze bleven kibbelen totdat haar vader haar uiteindelijk bij de hand nam en haar naar de auto leidde.

Het leek erop dat de dochter geen argumenten wilde horen. Ze moesten echt gaan, maar ze verzette zich. Maar met één ding hield de vader geen rekening. Verklaringen, overreding werken niet, omdat volwassenen er geen rekening mee houden dat het kind zijn eigen realiteit heeft en die niet respecteren.

Het is belangrijk om respect te tonen voor de gevoelens van het kind en zijn unieke kijk op de wereld.

Respect voor de realiteit van het kind houdt in dat we hem de omgeving op zijn eigen manier laten voelen, denken, waarnemen. Het lijkt erop dat er niets ingewikkelds is? Maar alleen totdat het tot ons doordringt dat «op onze eigen manier» betekent «niet zoals wij». Dit is waar veel ouders hun toevlucht nemen tot bedreigingen, geweld gebruiken en bevelen geven.

Een van de beste manieren om een ​​brug te slaan tussen onze realiteit en die van een kind, is door empathie voor het kind te tonen.

Dit betekent dat we ons respect tonen voor de gevoelens van het kind en zijn unieke kijk op de wereld. Dat we echt naar hem luisteren en zijn standpunt begrijpen (of in ieder geval proberen te begrijpen).

Empathie temt sterke emoties waardoor een kind verklaringen niet accepteert. Dit is de reden waarom emotie effectief is wanneer de rede faalt. Strikt genomen suggereert de term «empathie» dat we ons inleven in de emotionele toestand van een ander, in tegenstelling tot sympathie, wat betekent dat we de gevoelens van de ander begrijpen. We hebben het hier over empathie in de breedste zin van het woord als het focussen op de gevoelens van een ander, hetzij door empathie, begrip of mededogen.

We vertellen het kind dat hij met moeilijkheden om kan gaan, maar in wezen maken we ruzie met zijn realiteit.

Vaak zijn we ons er niet van bewust dat we de realiteit van het kind niet respecteren of onbedoeld minachting tonen voor zijn visie. In ons voorbeeld had de vader vanaf het begin empathie kunnen tonen. Toen de dochter zei dat ze niet weg wilde, had hij kunnen antwoorden: “Schat, ik zie heel goed dat je het hier erg naar je zin hebt en eigenlijk niet weg wilt (empathie). Mijn excuses. Maar tenslotte wacht mama ons op voor het avondeten, en het zou lelijk van ons zijn om te laat te zijn (uitleg). Neem alsjeblieft afscheid van je vrienden en pak je spullen (verzoek).»

Nog een voorbeeld over hetzelfde onderwerp. Een eersteklasser zit op een rekenopdracht, het onderwerp is hem duidelijk niet gegeven, en het kind, van streek, verklaart: "Ik kan het niet!" Veel goedbedoelende ouders zullen tegenwerpen: „Ja, je kunt alles! Laat me je vertellen…”

We zeggen dat hij met moeilijkheden zal omgaan, hem willen motiveren. We hebben de beste bedoelingen, maar in wezen communiceren we dat zijn ervaringen «fout» zijn, dwz argumenteren met zijn realiteit. Paradoxaal genoeg zorgt dit ervoor dat het kind aandringt op zijn versie: «Nee, dat kan ik niet!» De mate van frustratie neemt toe: als het kind eerst van streek was door de moeilijkheden met het probleem, is hij nu van streek dat hij niet wordt begrepen.

Het is veel beter als we empathie tonen: “Lieverd, ik zie dat het je niet lukt, het is moeilijk voor je om het probleem nu op te lossen. Laat me je knuffelen. Laat me zien waar je vast kwam te zitten. Misschien kunnen we op de een of andere manier tot een oplossing komen. Wiskunde lijkt je nu moeilijk. Maar ik denk dat je er wel uit kunt komen.»

Laat kinderen de wereld op hun eigen manier voelen en zien, ook als je die niet begrijpt of niet met ze eens bent.

Let op het subtiele, maar fundamentele verschil: "Ik denk dat je het kunt" en "Je kunt." In het eerste geval geef je je mening; in het tweede geval beweert u als een onbetwistbaar feit iets dat in tegenspraak is met de ervaring van het kind.

Ouders moeten de gevoelens van het kind kunnen 'spiegelen' en empathie voor hem kunnen tonen. Als u het oneens bent, probeer dit dan te doen op een manier die tegelijkertijd de waarde van de ervaring van het kind erkent. Presenteer uw mening niet als een onbetwistbare waarheid.

Vergelijk twee mogelijke reacties op de opmerking van het kind: “Er is niets leuks in dit park! Ik vind het hier niet leuk!»

Eerste optie: “Heel mooi park! Net zo goed als degene waar we meestal heen gaan.» Ten tweede: 'Ik begrijp dat je het niet leuk vindt. En ik ben het tegenovergestelde. Ik denk dat verschillende mensen van verschillende dingen houden.»

Het tweede antwoord bevestigt dat meningen kunnen verschillen, terwijl het eerste antwoord op één juiste mening (de jouwe) staat.

Op dezelfde manier, als een kind ergens boos over is, betekent het respecteren van zijn realiteit dat in plaats van zinnen als "Niet huilen!" of "Nou, nou, alles is in orde" (met deze woorden ontken je zijn gevoelens op dit moment), je zult bijvoorbeeld zeggen: "Je bent nu van streek." Laat de kinderen eerst de wereld op hun eigen manier voelen en zien, ook als je die niet begrijpt of niet met ze eens bent. En probeer ze daarna te overtuigen.


Over de auteur: Erika Reischer is klinisch psycholoog en auteur van het ouderschapsboek What Great Parents Do: 75 Simple Strategies for Raising Kids Who Thrive.

Laat een reactie achter